Onderzoek doen
Bij het doen van wetenschappelijk onderzoek wordt een bepaalde methode aangehouden. Op deze manier zijn de onderzoeken gemakkelijk te dupliceren en zijn bovendien de resultaten goed te vergelijken met elkaar. In de wetenschap begint het altijd met een waarneming. Je ziet iets gebeuren waar je meer van wilt weten. Je kunt hier dan een vraag bij verzinnen en het antwoord hierop ga je proberen te krijgen door het doen van een experiment. De wetenschappelijke methode, waarvan de stappen in deze video worden uitgelegd, wordt niet alleen toegepast in de biologie maar ook in andere wetenschappen.
|
|
Opdracht 1:
Wat was er eerder, de kip of het ei? Die vraag ken je natuurlijk wel. Deze vraag is moeilijk te beantwoorden, maar vaak is het stellen van goede vragen veel moeilijker dan het geven van antwoorden! Moeilijk, maar belangrijk. Door het stellen van goede vragen kun je veel te weten komen.
Leg eens een ei voor je. Als je dit niet hebt kun je ook een plaatje bekijken. Je kunt het ei straks ook open maken en de inhoud in een bekerglas gieten.
1. Probeer nu (eventueel in en groepje) zoveel mogelijk vragen over een ei te bedenken die met het woord 'waarom' beginnen. Je hoeft de vragen niet te beantwoorden.
2. Bepaal wat de drie leukste vragen zijn en zoek daar het antwoord eens van op!
Wat was er eerder, de kip of het ei? Die vraag ken je natuurlijk wel. Deze vraag is moeilijk te beantwoorden, maar vaak is het stellen van goede vragen veel moeilijker dan het geven van antwoorden! Moeilijk, maar belangrijk. Door het stellen van goede vragen kun je veel te weten komen.
Leg eens een ei voor je. Als je dit niet hebt kun je ook een plaatje bekijken. Je kunt het ei straks ook open maken en de inhoud in een bekerglas gieten.
1. Probeer nu (eventueel in en groepje) zoveel mogelijk vragen over een ei te bedenken die met het woord 'waarom' beginnen. Je hoeft de vragen niet te beantwoorden.
2. Bepaal wat de drie leukste vragen zijn en zoek daar het antwoord eens van op!
Opdracht 2:
Je gaat onderzoeken wat de basishouding is van mensen ten opzichte van dieren. Hoe denken, voelen en handelen mensen ten opzichte van dieren? We noemen zo'n basishouding een attitude. Deze attitudes zijn interessant voor wetenschappers, want ze verschillen van persoon tot persoon en zijn voor een groot deel aangeleerd.
Je gaat zelf de attitude van mensen onderzoeken door middel van een vragenlijst. In dit onderzoek stellen we de volgende vraag:
Stel dat u 100 euro heeft en u mag deze 100 euro schenken aan stichtingen die zich bezighouden met de zorg voor dieren. Zou u dan (misschien slechts en deel van de 100 euro) geven aan een stichting die zich bezig houdt met:
a. vlinders
b. spinnen
c. zeehonden
d. haring
e. salamanders
f. roodborstjes
g. honden
h. katten
i. ratten
j. paarden
1. Bedenk zelf een onderzoeksvraag en een hypothese die je met behulp van deze vragenlijst kunt toetsen.<br />
2. Bepaal aan welke groep mensen je de vragenlijst gaat voorleggen en wat je verder nog van hun moet weten (bijvoorbeeld leeftijd, geslacht, hobby's, opgegroeid in de stad of op het platteland). Wat je precies moet weten hangt ook af van je onderzoeksvraag.<br />
3. Spreek af aan hoeveel mensen je de vragenlijst gaat voorleggen en maak afspraken over wanneer je de gegevens gaat verwerken.<br />
4. Vraag je proefpersonen altijd toestemming en leg kort uit wat de bedoeling van het onderzoek is.<br />
5. Verwerk je gegevens in een diagram (kies de juiste vorm) en beantwoord je vraagstelling.<br />
6. Maak een kort verslag van deze opdracht.
Je gaat onderzoeken wat de basishouding is van mensen ten opzichte van dieren. Hoe denken, voelen en handelen mensen ten opzichte van dieren? We noemen zo'n basishouding een attitude. Deze attitudes zijn interessant voor wetenschappers, want ze verschillen van persoon tot persoon en zijn voor een groot deel aangeleerd.
Je gaat zelf de attitude van mensen onderzoeken door middel van een vragenlijst. In dit onderzoek stellen we de volgende vraag:
Stel dat u 100 euro heeft en u mag deze 100 euro schenken aan stichtingen die zich bezighouden met de zorg voor dieren. Zou u dan (misschien slechts en deel van de 100 euro) geven aan een stichting die zich bezig houdt met:
a. vlinders
b. spinnen
c. zeehonden
d. haring
e. salamanders
f. roodborstjes
g. honden
h. katten
i. ratten
j. paarden
1. Bedenk zelf een onderzoeksvraag en een hypothese die je met behulp van deze vragenlijst kunt toetsen.<br />
2. Bepaal aan welke groep mensen je de vragenlijst gaat voorleggen en wat je verder nog van hun moet weten (bijvoorbeeld leeftijd, geslacht, hobby's, opgegroeid in de stad of op het platteland). Wat je precies moet weten hangt ook af van je onderzoeksvraag.<br />
3. Spreek af aan hoeveel mensen je de vragenlijst gaat voorleggen en maak afspraken over wanneer je de gegevens gaat verwerken.<br />
4. Vraag je proefpersonen altijd toestemming en leg kort uit wat de bedoeling van het onderzoek is.<br />
5. Verwerk je gegevens in een diagram (kies de juiste vorm) en beantwoord je vraagstelling.<br />
6. Maak een kort verslag van deze opdracht.
Tags: schrijfvaardigheid | practicum | verslag | onderzoeksvraag | probleemstelling | hypothese | verwachting | werkwijze | materiaal | methode | resultaten | conclusie | discussie | wetenschap | onderzoeken| experiment | proefje | hypothese